De overlegpartners: Midden-Delfland en Westland
Onze overlegpartners zijn onze verhuurder, WoonWest, en de gemeenten Westland en Midden-Delfland. De basis van het overleg met de verhuurder is de Wet op het overleg huurders verhuurder; ofwel de Overlegwet. De Woningwet regelt het overleg met de gemeenten. In deze wet staat dat in een gemeente prestatieafspraken over de volkshuisvestelijke opgaven gemaakt moeten worden. Deze wet geeft aan dat de huurdersorganisaties als vertegenwoordiger van de huurders als volwaardige partij mee moeten doen in het overleg over de prestatieafspraken.
Westland en Midden-Delfland
De gemeenten Westland en Midden-Delfland zijn beide op 1 januari 2004 ontstaan. Op die datum werden de gemeenten De Lier, ’s-Gravenzande, Monster, Naaldwijk en Wateringen samengevoegd tot de gemeente Westland. De gemeenten Maasland en Schipluiden vormen vanaf dat moment de gemeente Midden-Delfland.
Het percentage corporatiewoningen op de totale woningvoorraad zijn in beide gemeenten ongeveer gelijk: 23% in Westland en 22% in Midden-Delfland (bron: AD 22-1-2025).
Er is wel een verschil in aantal woningcorporaties die actief zijn in een gemeente. In Westland waren in 2024 vijf woningcorporaties actief, namelijk Wonen Wateringen, Wonen Midden-Delfland, Staedion, Arcade, en de Wassenaarsche bouwstichting. In Midden-Delfland was alleen Wonen Midden-Delfland actief.
Driepartijenoverleg
De driehoek van de lokale volkshuisvesting bestaat uit de gemeente, de woningcorporaties en de betreffende huurdersorganisaties. Zo staat het in de Woningwet. De drie partijen zijn in het overleg gelijkwaardig. Jaarlijks vinden er gesprekken plaats over de prioriteiten van de volkshuisvesting. Tijdens veel van deze gesprekken wordt de gemeente door een of meer ambtenaren vertegenwoordigt en van de woningcorporaties zitten meestal medewerkers aan tafel die over het beleid ten aanzien van wonen gaan. Huurders WoonWest vaardigt meestal twee bestuursleden af naar dit driepartijenoverleg. Uiteindelijk zullen de bestuurders van de gemeente en de woningcorporaties samen met de voorzitters van de huurdersorganisaties de jaarlijkse prestatieafspraken ondertekenen.
Onafhankelijk
Tijdens het driepartijenoverleg is een huurdersorganisatie gelijkwaardig en onafhankelijk. Zij hoeft zich niet te houden aan eventuele afspraken met de woningcorporatie. Het is dan ook niet de bedoeling dat de woningcorporatie vooraf advies vraagt over het bod dat de woningcorporatie jaarlijks aan de gemeente doet. Om de eigen standpunten in het overleg over de prestatieafspraken sterker te maken, kan een huurdersorganisatie steun zoeken bij de gemeente of de woningcorporatie. Huurdersorganisaties kunnen ook elkaar steunen
Een huurdersorganisatie heeft het recht op professionele begeleiding en het raadplegen van externe adviseurs. Ook mag zij een achterban raadpleging doen. Dat kunnen de andere partijen niet verbieden.
Foto: © Peter De Kievith | Dreamstime.com